Als ik een auto had zou ik ermee naar de supermarkt rijden.
Ik zou de artikelen kopen die nodig zijn om dit eenpersoonshuishouden drie dagen draaiende te houden.
Als ik mijn wagen weer in de straat had geparkeerd, zou ik de doos met boodschappen op het dak zetten.
Het is mijn auto tenslotte.
En als ik het portier op slot heb gedraaid laat ik mijn gezicht enkele tellen koesteren door de herfstzon.
Niet vergeten morgen de olie te checken, denk ik, terwijl ik met een air van bezigheid de leren sleutelhanger tussen mijn lippen klem en met het doosje in mijn armen naar de voordeur loop.
1 opmerking:
Clelia:
Vanwaar deze mijmeringen?
Een reactie posten