Zonder dat je een ander zou willen zijn (dat nooit!), neem je zelden genoegen met jezelf.
Waarom ben je bijvoorbeeld zo gevoelig voor het weer? Vrolijk als de zon schijnt, sip als het mist of regent.
En dan schijnt de zon en je denkt: ik moet eruit! Dat duurt en duurt, want de afwas moet gedaan, een instantie gebeld, een kerstkaart geschreven. Tegen een uur of vier is het zo ver, net voor zonsondergang, je hebt nog een uurtje daglicht.
Je loopt door de weilanden aan de rand van de stad, richting ondergaande zon. In de verte zie je een rookpluim boven de pijp van van de suikerfabriek (hier niet te ruiken), de silhouetten van de Martinitoren en de A-kerk.
Even stoppen niet lopen, leunen tegen een paal, kijken naar de blauwgrijsrood gestreepte lucht. Dat duurt een minuut (is langer dan je denkt), dan komt er een fietser aan.
Wat doet die aansteller bij die paal? Denkt zeker dat ze een dichter is. Ze kijkt op haar horloge, slaat haar armen over elkaar, hupt van het ene been op het andere. Oh, zeker aan het wachten op iemand. Vreemde plek om af te spreken. Tou maar dan.
Dat en de afhankelijkheid van het weer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten