zondag, januari 08, 2006

Wat is dat voor een ding

Dingedingeding, wat is dat voor een ding? zingt mijn vaste verkering. We zijn op vakantie geweest en verkeren in opperbeste stemming. Drie nachten in de Voerstreek en we zijn weer klaar voor een jaar werken en, dat is nieuw!, zuinig doen. We hebben er bijna zin in.
De Voerstreek, het is maar net over de grens, ze spreken er nog Nederlands, Nederland 1, 2 en 3 staan als eerste geprogrammeerd op de hoteltelevisie en toch zijn we er helemaal uit geweest. We waren in het dorpje Teuven (spreek de eu voor in de mond uit met getuite lippen): een knots van een katholieke kerk, een wasmachine- annex fietsenwinkel met benzinepomp direct aan de weg, twee hotels, het dorpshuis PATRIA en een hippiekroeg die we helaas niet hebben verkend.
Hoe konden wij immers het café halen als wij eerst het dorpshuis moesten passeren waar een verklede menigte deed alsof het carnaval was? En wij mochten er ook in voor vijf euro. Geen geld, want wij zagen een strak gepland programma met optredens van de plaatselijke turnvereniging, de dito lijndansclub, Big Benny uit Maastricht die carnavalskrakers ten gehore bracht onderwijl een indrukwekkend gemiddelde halend van 12 biertjes per uur, en enkele breekbare, schaars geklede meisjes die op bijna zuivere toon hartverscheurende liedjes zongen.
We voelden ons zeer bevoorrecht. Anderen moeten op wereldreis om als uitzonderlijke toerist aanwezig te mogen zijn bij een of ander inheems religieus ritueel. Wij waren slechts 5 minuten fietsen over de grens. We dronken bier mee alsof we volleerd waren, maar aansluiten bij de polonaise leek ons not done. Er zou ook een nieuwe Prins Carnaval worden gekozen, maar dat hebben we niet gehaald. De K. kerk slaapt niet uit, evenmin als de haan.

polonaise met overgave

dinsdag, december 27, 2005

De Stadsweg

Groningen is een stad. Geen Parijs of New York, maar ook zeker geen Drachten of Hoogeveen. Groningen is wel zo zeer een stad dat de enkele overgebleven dorpse elementen charmante curiositeiten zijn.
Zo heb ik een zwak voor de Stadsweg, de kortste weg tussen de Oosterparkwijk en Lewenborg. Niets doet er denken aan de stadse volksbuurt die je net hebt verlaten of aan de ellendige nieuwbouwwijk die je tegemoet rijdt. Moderne bestemmingsplannen zijn er nog niet gemaakt of uitgevoerd. Aan de linkerkant grazen wat verloren schapen op een bonkig stukje grasland, rechts staat een rijtje arbeidershuizen waar keurige dames kalmpjes van het pensioen van hun overleden echtgenoot leven. En het is er netjes: de tuintjes, de vensterbanken, de entree.
Dagelijks hoogtepunt is de komst van de postbode, die men al jaren kent, maar nog steeds met u aanspreekt. Zo nu en dan komt hij binnen voor een kop koffie, maar niet te vaak want daar krijg je maar praatjes van.

dinsdag, november 29, 2005

Les jours de ma vie

Het was de schuld van de Superdeboer. Ik wilde sinaasappels. Helaas waren ze in de aanbieding: twee netjes voor de prijs van één. Waarom niet één netje voor de helft van de prijs? Kan Balkenende niet eens wat gaan doen aan deze praktijken?
M'enfin, omdat ik wist dat de boodschappen nu niet meer in mijn rugzak zouden passen, besloot ik nog meer boodschappen te kopen, zodat ik met recht een doosje kon pakken. Want plastic tasjes kopen doe ik liever niet.
Doosjes op.
Zul je altijd zien.
Dan moeten de pakken zuivel maar onder de snelbinders.
Blijken er geen snelbinders op mijn leenfiets te zitten. Dan leg ik de pakken op de bagagedrager, houd ik de netten sinaasappels in de ene en mijn fiets aan de andere hand. Netten snijden in mijn vingers, maar ik houd vol. Een pak melk valt op de grond. Ik zet de fiets op de standaard om een hand vrij te hebben om het pak op te rappen. Standaard lam. Ik zet de fiets tegen mijn linkerbeen en raap in perfecte balans het pak op.
Na nog twee keer rapen besluit ik de pakken en de netten te wisselen. Ik drapeer de netten over de bagagedrager, klem de pakken onder mijn oksel, houd een hand aan het stuur en vervolg mijn weg. Pak schuift weg, valt op de grond. Ik buk om het op te rapen, maar moet dan de sinaasappels loslaten. Die vallen ook. Ik vloek. Ik ben op dertig meter van de superdeboer. Er komt een fietser uit een steegje.
"Gaat lekker hè?"
"Sorry", antwoord ik verdwaasd.
Soms kan ik het leven gewoon niet aan.

maandag, november 28, 2005

Geluk gehad

Corry is ziek. Al sinds 10 september. Een hersenschudding, opgelopen met voetbal. Pas na een weekendje feestvieren in Den Haag kwam ze er achter dat het ernstig is. Sindsdien is ze thuis, luistert ze naar boeken op cd's, radio 1 en cassettes van Paulus de Boskabouter.
Eerst was ze bang dat ze onherstelbaar hersenletsel zou hebben. Het duurde zo lang en het voelde kapot. Nu neemt ze toch wel enige verbetering waar en wil ze zorgen dat mensen die ook een hersenschuddig krijgen niet in paniek raken. Zegt het voort! Het gaat over, zij het langzaam.

"Ach", overrelativeert ze, "eigenlijk heb ik nog geluk. Een collega van mij, echt een heel mooie jongen, is met zijn gezicht tegen een bus opgelopen. Alles was stuk."
Vandeweek was hij, net als Corry, even op het werk. Zijn gezicht laten zien. Hij zag er niet zo slecht uit als werd gevreesd. Hij had een litteken, maar hij was nog steeds een behoorlijk mooie jongen. Wel voelt hij zich verschrikkelijk, heeft hij last van hoofdpijnen, oorsuizingen en watnietal. De collega's waren blij hem zo aan te treffen en vertelden hem dat hij geluk had gehad. Je kunt tenslotte ook doodgaan van tegen een bus aan lopen.
De jongen had tranen in zijn ogen. Je knalt tegen een bus, je bent maanden uit de roulatie, je wordt misschien wel nooit meer de oude en dan vertellen die amoebes dat je geluk hebt gehad.

Woensdag is de linkertrapper afgebroken van mijn fiets. "Heb ik weer", zei ik nepfatalistisch. Maar van het idee dat dit mijn stroke of bad luck is, vult mijn hart zich met blijmoedigheid. Trapper eraf. Haha.

maandag, november 14, 2005

IJsbergsla, wat een kommer


Het enige wat ik in het voordeel kan zeggen van ijsbergsla is dat knapperig is. Voor de rest alleen maar klachten.
Het ziet er niet uit. Dat blekige groene, wèèh. Als je het in reepjes snijdt blijft er niets van over, zeker niet als er nog een dressing overheen gaat. Echt zielig. De onooglijk gespierde bladeren heel laten kan ook niet.
En laten we wel wezen. Het smaakt nergens naar. Sommigen zeggen dat het naar water smaakt, maar daar doe je water te kort mee. Zeker zoals het bij ons uit de kraan komt.
Godverdegodver, wat kan ik chagrijnig worden van ijsbergsla. En hierin sta ik zeker niet alleen!

maandag, september 26, 2005

Zo adrem

Ik woon alleen. In een heel groot huis. En ik kom wel mensen tegen, thuis, op het voetbalveld, in de supermarkt, maar de dingen maak ik voornamelijk mee in de trein.

Behalve laatst, met Bommen Berend, in de Febo, toen een boze man de mayonaisetap in het hete frituurvet gooide. Dat was wat, vooral toen de politie overging tot een charge in de snackbar. Was helemaal niet nodig, twee potige mannen hadden de rebel al bij de kladden. Zij hoopten dat hij de tyfus en kanker kreeg, althans dat zeiden ze. Ik besloot dat ik meer zin had in shoarma dan in patat. Soms is het lastig vast te houden aan je vegetariaat.

In de trein is ook veel asocialiteit. Vooral in overvolle treinen. Dat is fijn, want dan maak ik nog eens wat mee. Ik ga tenslotte nooit naar het voetbalstadion of naar het strand, dus ik moet het van het openbaar vervoer hebben.
Van de week zaten er onder anderen en onder meer vier asociale jongeren in mijn wagon. "Tjonge jonge, wat ziet iedereen er hier gezellig uit zeg", zeiden ze ironisch tegen elkaar. Aan alle medereizigers weidden ze een paar zinnen. "Zit zeker onder de plak bij zijn vrouw", "heeft vast een kutbaan", "kan ongetwijfeld heel goed punniken en verder niks", etc. Al die arme hardwerkende forensen in de trein van Leeuwarden naar Groningen. Een dag lang zwoegen en dan zo behandeld worden door een stel achttienjarige nietsnutten. Ik voelde mijn woede en haat groeien. Niemand greep in, ik ook niet. Ze waren bij mijn buurman aangekomen die een beetje lag te dommelen. "Is vast niet getrouwd," zeiden ze tegen elkaar. Eentje deed of hij er een aantekening van maakte.

En dan zijn ze bij mij. Ik ga er even recht voor zitten. Ik denk aan kanker en tyfus en dat ik hoop dat ze het krijgen. Op jonge leeftijd. Slepende, slopende ziektes. Benen geamputeerd zonder verdoving. Wapperende haren tussen de deuren van een wegrijdende trein. Ik kijk ze aan met alle verachting die ik in me heb en wacht.
"Grijpskerk", zegt een van de vier terwijl we langs een station zoeven, "stopt de trein hier niet?"
"NEE!!!", snauw ik, "moet je de dienstregeling lezen, dan had je het geweten!!"

donderdag, september 01, 2005

Hoe zit dat nou met het oor van Vincent van Gogh




Ooit, in een andere zomervakantie, heb ik een dikke biografie gelezen van Vincent van Gogh. Ik wilde weten hoe het nou zat met dat oor van hem.
Ik heb er vooral uit onthouden dat Vincent geen tekentalent had. Iedereen lachte hem uit als hij vertelde dat hij schilder wilde worden. Hij trok zich daar niks van aan, oefende oefende oefende, en uiteindelijk kon hij wel tekenen. Dat is natuurlijk goed nieuws voor ons soort mensen, de matige middenhoede. Iets willen, goed je best doen en het zal wel lukken.
Het vele oefenen heeft Vincent echter geen geluk gebracht. Zijn vermaarde melancholie kwam niet voort uit het gebrek aan tekentalent en ook niet aan het uitblijven van erkenning. Exact een jaar voor zijn geboortedag werd bij zijn ouders een eerdere Vincent Willem van Gogh geboren die dezelfde dag stierf.
En daardoor heeft Vincent van Gogh zijn oor afgesneden. Met een bot mes. Wat zou jij doen als je als kind dagelijks langs je eigen graf had gelopen? Zijn vader was immers dominee en ze woonden zo'n beetje op het kerkhof.
Overigens is hij niet overleden door het oor, maar door een pistoolschot in zijn borst, afgevuurd door hemzelf. Vreselijk.

donderdag, augustus 25, 2005

Human kindness is overflowing

In opstand gekomen tegen de weergoden besloten Aliesje en ik tot een fietsvakantie binnen de lage landen. Wij maken toch godverdomme zelf wel uit wat we doen, en niet het weer? Wij besloten te gaan "fietsen langs bierbrouwerijen" want dat was de enige beschreven route die we hadden, en het thema sprak ons aan.
We vertrokken op een maandag en het was droog. Dinsdag was het droog. Woensdag scheen de zon en donderdag was het weer bijkans te mooi om te fietsen. "Dat is onze verdienste", vonden we. Je moet het weer gewoon dwingen, net als je haar, althans dat zei mijn moeder vroeger wanneer ik wanhopig voor de spiegel stond.

Die donderdag is alweer een week geleden en nog steeds hoor ik mensen praten over die heerlijke vorige week donderdag. Ja, dat was wat. Ik kan er nog van nagenieten. Vorige week donderdag, mmmm. Dat er al weer een hele week weerleed overheen is gekomen doet daar niets aan af. Integendeel.
Eigenlijk hadden wij de Lachouffe brouwerij in Achouffe willen bezoeken, maar die was volgeboekt. Vandaar ons compensatiegedrag 's avonds in de taveerne vlakbij de camping. In Nadrin was dat als ik me niet vergis. Hoe snel vergeet je de namen van de gehuchten waar je je vakantie hebt doorgebracht!
Aan het tafeltje naast ons zaten twee mensen die ook Lachouffe dronken. De man een blonde, de vrouw een donkere (zoetere). Iedereen die naar binnen of buiten ging kuste dit stel. Wij hieven zo nu en dan ons glas om te proosten (santé, zeiden we dan zo joviaal mogelijk voor een Nederlander in België), verder was er geen contact. Totdat de man zich direct to mij wendde:

- Weet u, ik ben een zeer gelukkig man.
- Van harte.
- Twee vrouwen heb ik gehad en ik kan in alle eerlijkheid zeggen: ze zijn allebei even goed.
- Dan bent u zeker een gelukkig man!
- Nou en of. En iedere man die zegt: ik heb twee vrouwen gehad, maar de tweede was niet zo goed als de eerste, da's n'n leugenaar.
- Ik heb dat nog nooit een man horen zeggen.
- Nou ik wel, en ik weet: het is niet waar. Ik heb maar twee vrouwen aangeraakt in mijn leven en allebei waren ze even goed en dan heb ik het over seks hè.
- Ja natuurlijk, zei ik net iets te snel.
- En jij kan het weten: wat wil een vrouw nou liever: een man die vrouw na vrouw afwerkt, of één die trouw is en slechts twee vrouwen aanraakt in zijn hele leven.
- Maar uw leven is toch nog niet voorbij? vroeg ik schalks.

Iedereen begreep dat er een einde was gekomen aan de genoeglijke donderdagavond. De inmiddels chagrijnige tweede vrouw die al meerdere malen haar praatgrage partner had gemaand door te drinken, de dronken, trouwe man zelf, de barman, en ook ik vond het ook welletjes. Alleen de stug doorlezende Aliesje dacht nog niet aan opstappen, maar die had zich de laatste uren beperkt tot citroenthee. Gelukkig maar, zo was er nog iemand die vrijdagochtend de donkere wolken zag komen en de benodigde daadkracht had de tent tijdig af te breken.

dinsdag, augustus 23, 2005

Stevige kost op de camping

Nopi was naar de Albert Heijn in het AZG geweest en kwam terug met een zak sla en een krant.

- Vandaag heb ik voor het eerst van mijn leven de Telegraaf gekocht.
- Maar waarom?
- Het is zondag.
- Och ja natuurlijk.

- Jan Lenferink heeft een boek geschreven samen met zijn hond Ben. Het heet Ben in de stad.
- Ja en zijn hond is eindredacteur.
- Hoe weet je dat?
- Gelezen in de Varagids.
- Hoe heette dat programma van hem ook alweer?
- Rur.
- Heeft hij daarna nog iets gemaakt?
Dat weet niemand

- Hé wat een leuke rubriek. "Frisse neus", gaat over naar buiten gaan.
- En ze gaan een wandeling maken op Schier. Hihi, er staat een hele plattegrond in en ook nog een routebeschrijving.
- Vergeet je GPS niet mensen!
- Hihi.

- Weer dat Franz Ferdinand. Is er ook maar iemand die dat kent?
- Het is een Belgisch bandje.
- Ze maken teringherrie
- Welnee ze zijn Duits en maken Duitse muziek.
- Hier staat dat ze Schots zijn.
- Jaaa, de Telegraaf.
- Band is zeer populair onder muzikanten.
- Oeioei, kwaliteit dus.
- Veel te moeilijk voor ons gewone mensen.

- Bewegen met Karl. We moeten niet diëten, maar ons eetpatroon structureel aanpassen.
- Wat eten we?
- Sla.
- Sla? Theo van Gogh zei: liever scheurbuik dan rauwkost. Zag ik bij Zomergasten.
- Zei die dat? Haha.

woensdag, augustus 03, 2005

The Droevee Code

K-weer, kl-weer
Op de straat en in het park
Naar weer, takkeweer
Was ik maar aan het wark

Tweeënhalf van de zeven weken zomervakantie zijn inmiddels omgekropen. De volle vuilniszak staat te rotten op het balkon en ik heb geen ijzerdraadjes meer om hem te sluiten. Morgen halen ze hem op, dus ik heb het nog druk vandaag, als ik er geen nachtwerk van wil maken.

Voorts kan ik melden dat mijn pinpas vorige week in tweeën is gebroken. Postbank gebeld, ik zou een nieuwe krijgen. Binnen een week. Kost €7,50.
- Is dat niet aan de forse kant? vroeg ik.
- Ja mevrouw Droevee, ook de Postbank gaat mee in de vaart der volkeren.
(vreemd verschijnsel is dat toch: het weer in zwang raken van ondergestofte uitdrukkingen)
- Maar ik had hem nog maar anderhalf jaar en ik doe er heel voorzichtig mee, hoe kan zo'n dure pas zomaar stuk gaan?
- Bij sommige mensen gaat de pas al binnen een jaar stuk, mevrouw Droevee.
- Dus eigenlijk heb ik nog geluk gehad?
- U zegt het zelf.

Vijf dagen later lag er inderdaad een witte enveloppe zonder ander opschrift dan mijn adres op de mat. Dan weet je het wel: incassobureau of nieuwe pas. Nieuwe pas, gelukkig, met allerhande aanwijzingen. Ik behoud mijn oude pincode. Deze moet ik niet als wachtwoord of toegangscode voor andere dingen gebruiken. Bovendien is het verboden mijn pincode aan anderen te vertellen. Dat maken wij Droevees zelf wel uit: 4630

maandag, juli 25, 2005

Aliesje, de miljonaire en ik

waren gisteren op kosten van tweedstgenoemde uit eten in het fijne Italiaanse restaurant Da Vinci (vernoemd naar de vermaarde homo universalis uit de Renaissance en niet naar de code). Lekkere dingen kregen we voorgeschoteld (sardines, ossehaas, bruschette, als je het echt wilt weten) en we verkeerden dan ook in opperbeste stemming.
Om uiting te geven aan mijn genoegen rekte ik mij weldadig uit. Tot mijn verbazing stootte ik met mijn elleboog tegen het schouderblad van een jongedame die aan het tafeltje achter ons zat. "Die zit dichterbij dan ik dacht", dacht ik toen ik in haar boze gezicht keek en zo charmant als ik kon bood ik mijn verontschuldigingen aan. Ondanks het nog steeds boze gezicht van de jongedame leek de zaak mij afgedaan, zo hard rek ik me ook weer niet uit.
Het tafeltje achter ons dacht er echter anders over. Er werd lang nagepraat over zoveel lompheid. "En dan kan ze toch wel sorry zeggen!" zei het meisje verontwaardigd.
Hier knapte Aliesje die de conversatie overhoorde uit haar vel en op luide toon zei ze: "Dat deed ze toch ook!"
"Nou nou wat een zinloze agressie opeens", zei de man aan tafel. "En van zinloze agressie komt zinloos geweld."
Toen kregen we inderdaad zin om er op los te timmeren, maar groot als we zijn hielden we ons in.
"Weet je waarom ze zo vlak op ons zitten?" siste de miljonaire die goed zicht had op het gezelschap. "Omdat die man zo'n dikke buik heeft dat de tafel een meter moest worden opgeschoven." Wij gniffelden dat het een aard had.
"Weet je wat die man zei?" fluisterde Aliesje, "dat hij niet wist dat potten zo agressief konden zijn."
"Dat had ik toch niet laten passeren", zei ik vol bravoure, "ik zou zijn opgestaan en hebben gezegd: "ho ho, ik ben bi hoor""
"Ja", zei de miljonaire, "en je zou hebben vervolgd: dus in theorie zou u een kans bij me maken, maar als ik zo naar die dikke pens van u kijk, vergaat me alle lust."
Wij zetten het nogmaals op een vergnoegd gnuiven.
De rest van de avond verliep zonder incidenten. Ik liet mij het dessert goed smaken.

zaterdag, juli 23, 2005

Vrienden op wereldreis

Zo geruststellend,
die zijn er ook nog
en je kunt ze niet van je vervreemden
met je verveelde gezeur.
En ze komen weer terug
of niet, dat maakt niet zo veel uit,
als je maar weet dat ze terugkomen.
Zelf hoef je niet op wereldreis,
dat doen zij wel voor je.
Dat scheelt een hoop gedoe.

vrijdag, juli 15, 2005

Tourschmerz

Wat ben je voor sukkel als je chagrijnig wordt van luieren? De vakantie is nog niet eens officieel begonnen en ik zie al uit naar het einde ervan.
Misschien gaat het beter met me als het peleton in Parijs is, want die eindeloze middagen voor de buis terwijl Lance alles onder contrôle heeft, Vino dolgelukkig is met een toegeworpen kruimel, breken mijn moraal. Misschien moet ik het houden bij de samenvatting in "de avondetappe", maar dat heeft weer andere nadelen.
Om de ledigheid te bestrijden ga ik vanmiddag bagagedragers aan mijn voorvork bevestigen, zodat ik volgende week zelf met mijn hele hebben en houden de weg op kan. De televisie zal zeker aan staan, want tien kilometer voor de finish in Montpellier rijden we door St Clément de Rivière. Een dorp van niets, maar als je boven de boomtoppen achter de Euromarché, de torens van een charmant negentiende-eeuws pseudo-kasteel ziet, denk dan aan Bonny Droevee die daar in 1990 een zomer lang heeft getracht te genieten van het heerlijke weer, het zwembad in de tuin en de verse abrikozenjam. Gelukkig stond er in de salon een televisie. Greg Lemond won de Tour na een spannende strijd. Breukink werd derde. Vijf van de 21 etappes werden gewonnen door Nederlanders. Vraag voor de lezers thuis: wie werd er tweede?

dinsdag, juli 12, 2005

Contre la montre

Televisie op de slaapkamer! Het leven zou nooit meer zijn als voorheen. Nooit meer in slaap vallen op de bank, wakker worden met een stijve nek en een rioolmeur in de mond om in het comfortabele bed de slaap niet meer te kunnen vatten.
Blij opgewonden hadden ze 's middags samen een gat geboord in het plafond, samen hadden ze er de kabel doorheen getrokken en samen hadden ze gejuicht toen alle dertig zenders nu ook in de slaapkamer langszapten.
Die avond gingen ze vroeg naar bed. De televisie stond aan, tuurlijk, maar het geruis der lakens klonk er moeiteloos bovenuit. Toen hij aan zijn gerief was gekomen en langzaam weer bij zinnen kwam -dat vond ze altijd het mooiste moment- schetterde de begintune van Studio Sport door de verstilde slaapkamer.
Als door een wesp gestoken schoot hij overeind. De Tour! Ik wil niet weer de samenvatting missen, zei hij en zette het geluid nog wat harder. Hij keek opzij, realiseerde zich wat hij net had aangericht en zei vol liefde om het te repareren: "Maak je het zelf even af?"
En dat deed ze, want ze had de etappe 's middags al gezien en zo lang Armstrong meedoet, wordt het toch nooit echt spannend. De interviews straks wilde ze wel zien, maar ze had nog tijd.

woensdag, juni 15, 2005

Venijn in de trein

We waren al voorbij Haren toen twee conducteurs langs kwamen voor de kaartjescontrole. Toen ze klaar waren lieten de twee heren zich uitrijden in een vierzitje. Eentje sprak in zijn walkietalkie dat we bijna in Groningen waren en dat dat moest worden omgeroepen. De intercom zweeg, ook na een tweede boodschap met de walkietalkie.
Onverbiddelijk reed de trein station Groningen binnen. Uit arren moede zette de conducteur zijn handen aan zijn mond en riep: Station Groningen, eindpunt van deze trein. Alleen onze coupé zal het gehoord hebben. Toen ik langs hen naar de uitgang liep, riep hij het nogmaals en keek mij daarbij bepaald uitdagend aan.
Dat kon ik natuurlijk niet op mij laten zitten. Ik monsterde zijn uitrusting en vroeg vriendelijk:
- Hebben jullie nieuwe pakken?
Die vraag had hij niet verwacht. Verward keek hij naar zijn ns-uniform, herstelde zich en zei net wat te agressief dat ze die al een half jaar hadden.
- Ach ja natuurlijk, ik reis anders altijd met Noordnet, daarom kijk ik er zo raar tegen aan. Jullie pakken zijn mooier hoor, sprak ik verzoenend.
- Grmpf, de treinen van Noordnet noemen wij bussen.
- Kan zijn, nam ik de strijdbijl ook weer op. Maar ze brengen me altijd keurig op tijd waar ik wezen moet en ze slagen er ook in de stations om te roepen.