zaterdag, juni 27, 2009

vrijdag, juni 26, 2009

Michael en ik

Tuurlijk was ik fan, daar was geen ontkomen aan. Ik speurde in de Varagids de playlist van de arbeidsvitaminen af en als Ben ervoor kwam of ABC dan zat ik klaar met mijn cassetterecordertje, een vinger op de rode knop en een op de blauwe.
Ik had ook een poster aan de muur. Van voor de operaties natuurlijk, al weet je het nooit helemaal zeker. Was dat neusje daar al niet een beetje klein en puntig?
Ik had één witte handschoen met glittertjes. Die deed het altijd goed in de playbackshow, zeker in combinatie met de polaroidzonnebril die ik stiekem van mijn vader leende. Niet dat ik ooit won. Misschien liet de rest van mijn outfit te wensen over, mijn broek was wel veel te kort, maar ik had geen glittersokken.
Pas nu besef ik hoe vreemd dat eigenlijk is: één handschoen. Je moet wel briljant zijn om dat te verzinnen.
Bij USA for Africa was ik er ook nog bij. Was ie niet schitterend in zijn uniform? en ook zo mooi van onder naar tot boven gefilmd. Kenny Rogers en Diana Ross waren gewoon in gelegenheids-t-shirt, maar daar hoefde je bij Michael niet mee aan te komen. Hij deed al genoeg voor het goede doel, hij had dat nummer goddomme geschreven. Iedereen die meedeed kon ik benoemen, zelfs de mensen die alleen in het koor zaten zoals Harry Belafonte en Michaels broers en zusjes.
Toch kwam toen wel zo'n beetje de omslag. Ik deinde karakterloos mee op de golven van de massa. Was Thriller de eerste plaat die ik moest en zou hebben, BAD heb ik niet eens meer gekocht, maar geleend uit de bibliotheek. Born In The USA moest en zou ik nu hebben. Ik heb een jaar lang met een pet in mijn kontzak rondgelopen.

woensdag, juni 24, 2009

Toch niet hier?

We zagen ze al rijden vlak voor we rechtsaf sloegen naar de camping: legertrucks. En ook hoorden we af en toe het geratel van mitrailleurs.
Langs de kant van de weg stonden schietschijven
"Maar er wordt niet met scherp geschoten hoor", stelde een grijze man ons gerust, "en ik kan het weten, want ik ben geboren en getogen in Darp."
Dus wij zetten onze tent op.

De volgende ochtend vroeg de beheerster of we lekker hadden geslapen
"Gaat wel. De hele nacht was het herrie: het leek wel alsof er een motorcrosswedstrijd werd gehouden of dat het bos om ons heen werd weggezaagd."
"Dat zijn de militairen, die aan het oefenen zijn."
"En dat moet ook 's nachts?"
"Ze oefenen voor Afghanistan."
"En daar is het altijd donker?"
"Ik weet het niet, maar laatst waren ze de hele nacht aan het schieten, dat was pas naar. Ik kon er niet van slapen. Oefenen okay, maar het kan toch wel een kéér ophouden? Toen heb ik de politie gebeld. Die zeiden dat ik de marechaussee moest hebben. De marechaussee opgezocht in het telefoonboek, mijn beklag gedaan en je raadt nooit wat voor reactie ik kreeg."
"..."
"Het is oorlog, mevrouw. Echt waar, dat is wat ie zei. Het is oorlog."
"Dus u heeft een klacht ingediend?"
"Ja dat heb ik gedaan. Ik zei: ik wil een klacht indienen, het is oorlog, maar toch niet hier?"

vrijdag, juni 05, 2009

Flirt

Als je blogger wil zijn moet je bloggen, tuinhuisje of geen tuinhuisje. En ik heb ook van alles te neulen: Europese verkiezings, Roger Federer, de familiefoto, maar het moet allemaal wachten want er gebeurde zojuist weer wat bij de kassa. Niet bij Ivana helaas, maar in een andere supermarkt.
De caissière van vandaag was best leuk, daar niet van, maar ik had niet de neiging op haar naambordje te kijken. Ik was mijn boodschappen in mijn tas aan het proppen toen zij het woord richtte tot de klant achter mij.
- Hoe is het met de verkering? vroeg ze zonder inleiding.
De klant achter mij begon hard te lachen. Het was geen onknappe jongen, niet de populairste van de klas vroeger, maar je kon zien dat hij zich goed had ontwikkeld (de populairen blijven juist vaak stilstaan, beweert mijn zus, en doen derhalve boete voor hun glorieuze schooltijd met een oninteressante persoonlijkheid).
- Doet men dat zo tegenwoordig? antwoordde hij, kun je niet gewoon zeggen 'wil je met me uit?'
De caissière bloosde tot achter haar oren. Ze zocht al scannend naar woorden, maar kon niks vinden.
- Weet je wat, zei de jongen, ik doe het zelf wel: wil je een keer met me uit?
- Ik heb al een vriend zei het meisje, bedeesd.
Uitmaken! direct! je mag mijn telefoon wel lenen, dacht ik, maar ik wist mijn mond eens een keer te houden.

dinsdag, mei 19, 2009

Hoe ik mijn onaantrekkelijkheid behoud

"Een compleet aantrekkelijk persoon is soms een beetje gemeen."
Niet alleen heeft mijn professor Henk Hillenaar mij binnen drie jaar door mijn afstudeerscriptie geloodst (een 7!!!), hij heeft mij ook voorzien van belangrijke levenslessen die hij op zijn beurt uit de literatuur heeft gepeurd. Bovenstaand citaat heeft betrekking op de verrukkelijke Gina Pietranera die de draak steekt met de onzekere suflul van een prins van Parma. Beide zijn personnages in La Chartreuse de Parme van Stendhal, "misschien wel het mooiste boek ooit geschreven" (cit. HH) . Lees het gerust als je eens tijd hebt, er is een recente vertaling van: De kartuize van Parma.
Hoe dan ook: ik weet al jaren wat mij te doen staat in mijn streven naar onweerstaanbaarheid, goede gelegenheden tot gemeenheid dienen zich echter niet dagelijks aan en ik wil het toch ook niet forceren. Een ware levenskunstenaar profiteert van wat de stroom hem brengt. Vandaag leek ik geluk te hebben.

Zoals wel vaker ging ik vanuit mijn werk naar de super. Ik had juist mijn fiets op slot gezet tegen de dichtsbijzijnde boom, toen ik een luid gejammer hoorde.
- Alsjeblieft, alsjeblieft. Wie koopt er een krantje van mij. Ik ben er zo flauw van, van die kutkrantjes. Als ik nog een keer 'nee sorry' hoor, eet ik ze op, allemaal.
Er waren meer mensen bij de ingang, maar de straatkantverkoper keek mij aan. Smekend. Hij toonde zijn stapeltje Riepes en vroeg bijna agressief:
- Mevrouw, wilt u misschien het tweede krantje van de dag kopen?
Dit was mijn kans. Een trilling van opwinding ging door me heen. Ik keek gauw tussen de electrische schuifdeuren door naar binnen om te checken of Ivana misschien getuige was van de vervolmaking van mijn aantrekkelijkheid, maar zag haar niet zitten. Ik opende mijn mond
- Nee s...
- Je gaat het zeggen hè, je gaat het zeggen hè, schreeuwde de straatkrantverkoper.
- Ik wil wel eens zien hoe jij die dingen oppeuzelt. En het is onschadelijk, het papier is chloorvrij, weet ik toevallig.
- Maak er maar een grapje van. Ik zit hier al vanaf twaalf uur en heb er nog maar één verkocht.
- Stop er dan mee.
- Die is lekker, dan kan ik buiten slapen.

Toen ik weer buitenkwam zat de zwerver op de grond. Een vrouw met een zwartgerande bril stond over hem heen gebogen. Ik gaf hem het kleingeld dat ik bij de kassa uit mijn portemonnaie had gehaald.
- Ik wil geen krantje, begeleidde ik mijn donatie, maar ook niet dat je buiten slaapt.
- Kijk, zei de vrouw, dat helpt weer een beetje.
- Dankjewel, riep de zwerver, hij woof me na met zijn linkerhand waaromheen een groezelig verband zat gewikkeld.
Ik woof neerslachtig terug en liep naar mijn fiets. Missie mislukt. Maar ja, ware liefdadigheid gaat nu eenmaal niet zonder offers.

vrijdag, mei 15, 2009

Gevochten

- Wat heb je daar Bonny, heb je gevochten?
- Wat? Waar?
- Daar bij je oog.
- Oh dat. Nee niet gevochten, ik had een belevenis in de supermarkt.
- Vertel, ik kan niet wachten.
- Nou, ga er maar even goed voor zitten, want dit is me weer een geschiedenis. Het gebeurde gisteravond, ik kwam uit mijn werk en dan weet je het wel.
- Trek?
- Misselijk van de honger. Moe. Nat van de regen. Niet wetende wat te doen voor het avondeten. Bepakt met tassen vol met werk- en vrijetijdgerelateerde spullen...
- Ja ja, een heel gehannes met nog een mandje erbij. Ze hebben ook mandjes op wielen, dat weet je he. En karretjes.
- Maar ik nam dus een draagmandje. Ik gooide er zo her en der wat in, ging naar de de kassa en herinnerde me toen dat ik nog kattenvoer voor Trui moest halen
- Voor dat aanloopgeval?
- Nee, die is weer weg, dit is een nieuw aanloopgeval. Dus eigenlijk ook 'ja'. Afijn ik alle paden langs, nergens kattenvoer te vinden. Ik vraag aan een jongetje met supermarktbloes of er wel een kattenvoersectie is. Wat denk je?
- Hij heeft geen idee.
- Precies, hij moest het een collega vragen. Een eikeltje van een studentje die deed alsof ik een mongool was door alleen maar te veronderstellen dat er geen kattenvoer zou zijn. Maar ik zweer je, meer dan 1 strekkende meter winkelschap was het niet. Iedereen in mijn toestand zou het over het hoofd hebben gezien. Ik bedankte hem sardonisch om dat woord maar eens te gebruiken en ging richting kassa. Alle kassa's waren open, dus ik moest een rij kiezen en wat doe je dan?
- Je kiest de knapste caissière.
- Wat is dat nu voor seksistische opmerking?
- Er zijn immers maar weinig mannelijke caissières, anders zou je die wel kiezen, die is gegarandeerd de snelste.
- Ik koos de kortste rij.
- En hoe was je caissière?
- Bloedmooi.
- Naam gelezen?
- Ivana.
- Knap en nog goed in haar werk ook.
- Ik had geluk. En als ik zeg bloedmooi bedoel ik ook bloedmooi. Zo'n type waar zowel mannen als vrouwen op vallen.
- En alles wat daar tussen zit?
- Ja, het hele spectrum gaat voor de bijl.
- En daar stond je dan bij Ivana. Kon je nog een beetje gewoon doen? Niet alle boodschappen tot op de cent nauwkeurig uitgerekend?
- Ik was de gewoonheid zelve. Geen naam genoemd. De groet goed getimed beantwoord. Niks uitgerekend. Ik betaalde met 21,60, kreeg er 10 terug en bedankte. Ik bukte me om alle bagage die ik even op de grond had gezet weer op te pakken en knalde toen met mijn oog op het plastic plaatje waar je je geld op kan leggen.
- Ai! En dat na alles wat je al had meegemaakt. Gevloekt?
- Ja. Shit! riep ik.
- En Ivana sleepte je toen naar het achterkamertje om je te verzorgen?
- Nee, ik pakte schielijk mijn spullen en rende de winkel uit.
- Dan had ik toch gelijk.
- Hoe bedoel je?
- Je hebt wel een gevecht geleverd.
- Ja, dat is zo. Het dagelijks gevecht. Fijn dat er soms sporen van zijn.

dinsdag, mei 05, 2009

Waterhouse, een natuurbeleving

Veel mensen voelen de behoefte zichzelf te definiëren als ofwel een natuur- ofwel een cultuurmens. En welk van de twee opties ze ook kiezen: ze zijn bijzonder tevreden met dit kenmerk: het geeft hun houvast bij het kiezen van een vakantiebestemming en het brengt reliëf aan in hun persoonlijkheid.
Voor natuurmensen is het lawaai van de grote stad onverdraaglijk. Zij vinden pas rust als de snelweg waar ze een uur eerder zelf over heen zijn geraasd buiten gehoorafstand is. In het hooggebergte, aan zee, in de lentepracht van de Provence komen ze weer tot zichzelf en raken ze in harmonie met de aarde.
Cultuurmensen daarentegen worden 'gek' als ze niet een minimale portie kunst, architectuur, geschiedenis tot zich kunnen nemen. Zij worden gevoed door de opwinding van de stad, ze verheffen zichzelf in musea, slenteren eindeloos over de boulevards, gaan terug in de tijd op historische locaties.
Ik vertel niks nieuws natuurlijk. We hebben dit gereutel allemaal al te vaak aan moeten horen en daarbij zijn alle varianten van heremitische wandelaar tot Picassojunk wel voorbijgekomen. Wij Droevees kunnen ons deel van de conversatie echter niet invullen in dezen. Wij kiezen zelfs niet voor het veilige midden van "een groene camping met een fatsoenlijke stad op hooguit een half uur rijden". Hou toch op! Wij zijn niets. Misschien waren we ooit wel wat, maar een gesprek te vaak voeren doet elke welwillendheid verdampen. En misschien ook wel elke inhoudelijke betekenis.
Wel verblijven wij graag op de tuin en bestuderen daar de krioelende pissenbedden onder een verdwaalde baksteen, de copulerende grauwe ganzen in de sloot en onvermijdelijk alles wat er aan fauna rondloopt en -fietst op de schelpenpaadjes. Niet alleen geven wij onze ogen de kost, ook steken wij met plezier de handen uit de mouwen, zeker in onze voornemens. Dat klinkt wellicht onheilspellend, maar met dit geweldige schilderij in gedachten zal het mij geen moeite kosten om op zijn minst goed voor de rozen te zorgen.


My sweet rose van John William Waterhouse, gisteren gezien in het Groninger Museum.

donderdag, april 30, 2009

Mijn Koninginnedag - omdat er nog wel een getuigenis bij kan

Eerst keek ik naar de tullefiessie. Ik had ook tumtums in de vorm van kersen.
De koningin had een roze boa en een rode jurk. Ik dacht: goh, wat verandert dat toch die kleurenmode. Een prinses met hoge hakken probeerde een golfbal te slaan vanaf de tee. Ze probeerde het drie keer, toen was het raak. Ze keek de bal na met de blik van een expert, dat vond ik lef.
Toen kwam er iemand met een bak met een grote lepel erin op de koningin af. Ze wilde het niet proeven, wat ik me goed kon voorstellen. Ze gingen in een cabriobus op weg naar Paleis het Loo waar ik zelf verscheidene malen ben geweest. Ze zwaaiden naar de mensen aan de kant van de weg. Ik zei nog: wat ben ik blij dat ik daar niet tussensta.
Toen vloog die auto tegen de Naald. Ik wist gelijk, in ieder geval eerder dan de toewandelende agenten en ook eerder dan Keti Zijnett die gilde "Laat Bea nou zien, daar gaat het toch om!" : dit is goed mis. Keti mopperde rigoureus feministisch dat de mevrouw van de tf ervan uit ging dat de bestuurder van de Suzuki een man was. Ik zei: logisch, vrouwen maken minder brokken. Keti: een vrouw had die bus wel geraakt. Via de tsjet droeg Roel bij: Wilders zal wel zeggen: die auto kwam van links.
In de stad was de stemming gewoon koninginnedags. Mensen waren oranje en uitgelaten.
E* van Cle was wat bedrukt en ik dacht: ja natuurlijk, het is ook erg.
Later in de middag zag ik een filmpje van de koningin waar ze zegt hoe ze van de kaart zijn in haar familie. Ze had nu iets zwarts aan. En ik kon wel zien dat ze van de kaart was, zou ik ook zijn, en toch dacht ik ook: maar wel de tegenwoordigheid van geest hebben om zo'n smaakvol zwart boezeroentje aan te trekken, hè. Daar kan ik niets aan doen, dat komt gewoon mijn hoofd inwaaien.
Bij mij in de straat hangen de meeste vlaggen nu halfstok. Heelstok vind ik niets op koninginnedag, halfstok ook niet.

dinsdag, april 28, 2009

Op mijn tuin!!!


- Ik dacht, zit daar nu iemand? laat ik maar even kijken. Hebben jullie dit gekocht?
- Daar komt het wel op neer.
- Goh wat leuk zeg. Ik heb je hier wel vaker gezien. Je was toch bij die anderen altijd.
- Klopt
- En nu zit je hier?
- Zoals je ziet.
- Ik zal me even voorstellen, ik ben Tineke.
- Bonny.
- Vorig jaar waren jullie hier met dat jongetje. Je was daar mee aan het voetballen.
- Kay.
- Mooi zoontje hoor.
- Het is niet mijn zoontje.
- Ah nee, wat jammer nou.
- Jammer?
- Ach misschien ook wel niet. Wie weet wat er nog kan gebeuren hè?
- Ik zie geen adoptie in het verschiet anders.
- haha, nee dat misschien niet, maar jullie zijn nog jong. Nou ik ga weer verder. Ik dacht ik laat de hond even uit, dat breekt de avond een beetje.
- En het moet toch gebeuren, twee vliegen in één klap.
- Gisteravond heeft hij me de hele deken volgekotst. Vandaag ben ik toch maar even naar huis gegaan, want zo'n kleed doe ik liever niet op de hand.
- En zo'n machine maalt er niet om.
- Zo is dat. Nou, kom maar eens langs voor een praatje. Weet je waar ik woon?
- Ja even verderop.
- Tot ziens dan.
- Daaag. Tineke.

zondag, maart 29, 2009

2. Polygamy

Polygamie is, zoals het woord al aangeeft, ontstaan in Polynesië.

De geografische situatie van deze oude natie heeft ervoor gezorgd dat er al sinds ver voor de prehistorie veel eilandhoppers waren onder de bevolking. Deze konden, ivm beperkingen in materiaal en tijd, niet elke nacht de boot terug nemen. Ook toen en daar was de nacht er niet alleen om te slapen; om te voorzien in andere behoeftes vonden de polynesiërs eerst de driehoeksrelatie uit.

Toen ook dat moeilijk te combineren bleek met de vaarschema’s werd deze leefvorm uitgebreid tot polygamie.

Voor ons Groningers is het soms al onmogelijk om, ik noem maar een zijstraat, een boertje uit Kantens te verstaan. Hoe zit dat met een land dat zich uitstrekt over een wateroppervlakte van meer dan 50 miljoen km2? Welnu, dergelijke afstanden werpen inderdaad enorme taalbarrières op, waardoor een ander fenomeen ontstond dat wereldwijde navolging heeft gekregen: de polyglot.

Toen de verbindingen binnen de archipel steeds beter werden dankzij snelle boten en exploderend luchtverkeer, kwamen er stemmen op om polygamie te verbieden. Heeft het nog wel bestaansrecht als het niet praktische noodzaak, maar slechts ingesleten gewoontes zijn die aan de basis staan van deze leefvorm? zo vroegen velen zich af. Vooralsnog is hierover geen consensus bereikt in de polytiek.

dit was afl 2 in de serie writer's block. Volgende afl: a rant against a particular race or ethnicity, using common slurs and stereotypes.

zaterdag, maart 28, 2009

dinsdag, maart 24, 2009

De mens krijgt nimmer iets cadeau

Rien n'est jamais acquis à l'homme
Ni sa force, ni sa faiblesse, ni son coeur
Et quand il croit ouvrir ses bras
Son ombre est celle d'une croix


Misschien denk je: ja, zo is het, mooi gezegd. Misschien denk je: wat een gezanik, ga toch lekker leven en miezer niet zo. En misschien denk je: wat staat daar nou weer, spreek je moerstaal aansteller!
Voor dat laatste geval heeft god een briljante schepping gedaan: de literair vertaler! Dankzij hem hebben wij, beperkttaligen, toegang tot meesterwerken als Oorlog en Vrede, Moby Dick, en sinds kort Volkswagen Blues.
Vandaag vond ik voor de verandering geen krant op mijn deurmat, maar een cadeau-exemplaar van de Nederlandse vertaling van dit meesterwerk van de Canadese schrijver Jacques Poulin. De verklaring voor deze royale geste staat al op pagina 3: Vertaald door een groep studenten Frans van de Rijksuniversiteit Groningen o.l.v. Pauline Sarkar. En je raadt het al: een van die studenten was ik. Ik! Bonny Droevee! Uitgegeven. Bijna met naam genoemd in een boek in print. En met mij Clelia van Moerle, maar dit terzijde.
Het boek laat zich als volgt samenvatten: Jack Waterman, een zachtaardige man die worstelt met zijn zachtaardigheid, onderneemt in het gezelschap van een meisje dat we voor het gemak Grote Sprinkhaan noemen want dat doet de auteur ook, een reis van de baai van Gaspé (zie Google) naar San Francisco. Zij doen dit zoals de titel en omslag in eendrachtige samenwerking al doen vermoeden in een Volkswagen minibus en zoals de titel ook al prijsgeeft: het gaat niet van je hela hola met de hoofdpersonen.
Reden, aanleiding en thema van de onderneming is de zoektocht naar Jacks broer Théo, een avonturier met stoppelbaard. Zoals ik in mijn exposé, la mélancolie dans Volkswagen Blues, waarvoor ik toentertijd maar liefst een 7 heb gekregen, al overtuigend uiteen heb gezet, is Jack eigenlijk op zoek naar de echte man in zichzelf.
Afijn, de tocht leidt langs vele interessante Noordamerikaanse oorden. In Hoofdstuk 9 (mijn hoofdstuk!!!! ook een 7!!!) zijn Jack en GS tussen Detroit en Chicago en zingen ze treurige liedjes, die ook in vertaling rechtop overeind blijven staan, getuige het melodieuze:

De mens is ijdel zoekende
Naar zijn kracht, naar zijn zwakte, naar zijn hart

En als hij denkt dat hij zijn armen opent

Wordt zijn schaduw met een kruis verward


Swing it!

zondag, maart 22, 2009

Spiegel-y

Normaal is deze muur zoals hier, maar van de week zag hij er zo uit:




Daar kijk je toch wel wat vreemd tegenaan natuurlijk, een dergelijk opschrift in de Uurwerkersgang.
Nu werd ik zelf onlangs een anarchist genoemd (omdat ik uitsprak voorstander te zijn van een niet-totalitair communistisch regime), maar een muur volkalken, nee, daar zal ik niet de daadkracht voor opbrengen, laat staan met leuzen die eigenlijk over een ander land gaan in de taal van dat land naar ik aanneem, met spelfouten (ja een accent vergeten is ook een spelfout) die een gebrekkig spreker zoals ik er zo uit haalt.
Maar, zo dacht ik net, misschien kan deze kladder wel helemaal niet schrijven, heeft hij de letters nagetekend, wat niet helemaal goed ging: het omgekeerde uitroepteken is vergeten en kijk eens naar de Y. Had ik vroeger wel eens met de ampersand, die kwam niet uit, of hij was in spiegelbeeld, een symptoom van ongeletterdheid.
En wie of wat is AWDP? Of staat er HWDP? De geadresseerde? dan staat die er wel een beetje lullig, zo achteraan de zin. Of is het de afzender? dan had het na het uitroepteken moeten komen, tenzij het een naam is als Wham! of Yahoo!
Te veel vragen voor wat het is. Morgen eens kijken of de muur al is overgeschilderd.