- Ik dacht, zit daar nu iemand? laat ik maar even kijken. Hebben jullie dit gekocht?
- Daar komt het wel op neer.
- Goh wat leuk zeg. Ik heb je hier wel vaker gezien. Je was toch bij die anderen altijd.
- Klopt
- En nu zit je hier?
- Zoals je ziet.
- Ik zal me even voorstellen, ik ben Tineke.
- Bonny.
- Vorig jaar waren jullie hier met dat jongetje. Je was daar mee aan het voetballen.
- Kay.
- Mooi zoontje hoor.
- Het is niet mijn zoontje.
- Ah nee, wat jammer nou.
- Jammer?
- Ach misschien ook wel niet. Wie weet wat er nog kan gebeuren hè?
- Ik zie geen adoptie in het verschiet anders.
- haha, nee dat misschien niet, maar jullie zijn nog jong. Nou ik ga weer verder. Ik dacht ik laat de hond even uit, dat breekt de avond een beetje.
- En het moet toch gebeuren, twee vliegen in één klap.
- Gisteravond heeft hij me de hele deken volgekotst. Vandaag ben ik toch maar even naar huis gegaan, want zo'n kleed doe ik liever niet op de hand.
- En zo'n machine maalt er niet om.
- Zo is dat. Nou, kom maar eens langs voor een praatje. Weet je waar ik woon?
- Ja even verderop.
- Tot ziens dan.
- Daaag. Tineke.